Floris | Sawadee Reizen

Floris

Reisbegeleider Sawadee

Woont in:

Nederland

Werkt voor Sawadee sinds:

2017

Talenkennis:

Nederlands, Spaans, Engels,

Mijn naam is Floris, ik ben geboren in Doetinchem, en ik heb onder andere gewoond in Amsterdam, in Granada - volgens de Spanjaarden zelf de mooiste stad van hun land, iets wat ik alleen maar kan beamen - en in Sydney. Reizen is mijn allergrootste passie. En dan eigenlijk overal naartoe: of het nou een rugzakreis betreft van vier maanden dwars door India en Nepal, of een korte break naar New York voor het rennen van de jaarlijkse marathon – je kan mij overal op deze wereld vinden. 

De reisagenda van Floris

Reisdatum Reis   Vlucht Opmerking Reissom (incl. vlucht)    
check   Gegarandeerd vertrek
di 23 apr /
ma 13 mei
Gegarandeerd Vertrek
Groepsrondreis Brazilië en Buenos Aires Nog 1 plaats beschikbaar (deze kunnen bezet zijn door opties) Alleen man op indeling boekbaar. 3 of meer singles Groepssamenstelling
€ 3.619p.p.
check   Volle reis
za 18 mei /
ma 03 jun
Volgeboekt
22-35ers reis Indonesië: Bali en Lombok Reis is vol 3 of meer singles Groepssamenstelling
€ 2.849p.p.
check   Gegarandeerd vertrek
do 14 nov /
vr 06 dec
Gegarandeerd Vertrek
Groepsrondreis Mexico, Guatemala en Honduras Groepssamenstelling
€ 3.269p.p.
2024

Reisverhalen van Floris

  • Reisverhaal Colombia

    Midden- en Zuid-Amerika , 05-03-18

    Het is maandag en ik sta voor een gesloten hek.  Want: dat natuurpark net buiten Manizales, Colombia, met die moeilijke naam die ik maar niet kon onthouden, is elke maandag dicht.
      Dus geen vlindertuinen, orchideëen en kruidenbosjes vandaag voor mij. Ach. Dat hoort bij het reizen, soms lopen je plannen in het honderd. Ik ga zitten op de stoeprand, haal de Lonely Planet uit mijn rugzak en sla hem open. What else is there in town? In een wijk aan de andere kant van de stad is er een uitkijktoren, blijkt, with phenomenal views (aldus mijn reisgids). En alsof het zo moest zijn, stopt er op dat moment de bus daar naartoe voor mijn neus. Vamos!
      De toren blijkt een lelijk witgeschilderd stalen ding te zijn, van amper 50 meter hoog, twee wenteltrappen leiden naar het panoramadek bovenin. Het kost iets meer dan een euro om naar binnen te mogen. Als ik een kaartje wil kopen, vraagt de kassajuffrouw of ik ook gebruik wil maken van "el muro" voor datzelfde bedrag. El muro? Ze wijst naar boven, en op de eerste verdieping blijken ze een klimmuur te hebben.
      Ja, leuk, een klimmuur, en zonder een tweede keer na te denken leg ik mijn pesos op de toonbank. 

     De instructor, Julian (spreekt uit: Goelian. Met een harde G. Get spanish, people!), neemt me enthousiast mee naar de eerste verdieping van de toren, waar ik in het veiligheidsharnas wordt gehezen. Ik vul mijn naam in, zie dat er amper mensen gebruik hebben gemaakt van deze muur, hoewel Julian -Goelian!- een zeer betrouwbare en professionele indruk maakt. Toch schieten onprettige gedachtes door mijn hoofd. Waarom is het zo goedkoop? En waarom staat hier niets over geschreven in die Lonely Planet? Met lichte tegenzin begin ik aan mijn eerste etappe, en het valt me tegen. De muur is totaal verticaal, en als ik een lullige hoogte heb bereikt van amper vijf meter vind ik het mooi geweest. "No quiero," stamel ik, -ik wil niet- en mijn knikkende linkerknie bevestigt dat. Maar Julian heeft er veel te veel zin in en wil dat ik hoger ga, en geeft me in het Spaans en soms wat Engels wat aanwijzingen. Tegelijkertijd probeer ik mezelf moed in te praten: ik heb dit namelijk al twee keer eerder gedaan, veel hoger ook, op natuursteen nota bene, dus wat maakt een steentje extra uit? 

      Het lukt; als een echte spiderman klim ik nog een meter extra naar boven. 
      Maar bij de volgende stap die ik probeer te zetten, glip ik weg, en ik val, gelukkig niet ver. Het koord van Julian vangt me. 
      "Bueno, otra vez," hoor ik Julian zeggen. Nog een keer. Het klinkt niet als een vraag; meer als een mededeling. 
      Ik bedank hiervoor. Julian dringt nog een keer aan. Hij lijkt het leuker te vinden dan ik. Nee is nee. Ik word bevrijd uit mijn harnas.
      Een vrouw heeft gekeken hoe ik de zwaartekracht trotseerde. Ze herkende me van de tour in de Andes gisteren. Ik was haar bijgebleven, aangezien ik toen de enige 'gringo' was. 
      Ze stelt zichzelf voor als Luz, en samen met haar man en zoon bezoekt ze Manizales. Ze blijkt een finca (boerderij) te hebben, net buiten Cali. Ik vertel haar dat ik binnenkort een bezoek zal brengen aan Cali (vooral omdat ik graag met mijn Hollandse heupen een bezoek wil brengen aan een van de vele salsaclubs daar). 
      Ze geeft me haar telefoonnummer, mocht ik haar nodig hebben. "Llamame!" zegt ze. "Bel me!"
      Ik geef Julian een hand en vervolg mijn weg naar het uitkijkpunt, maar halverwege de trap hoor ik een luide gil. En weer één. 
      Ik loop de trap af, om te kijken wat er aan de hand is. 
      Het is Luz, die zich aan het middendeel van de wenteltrap heeft vastgeklampt; het verste weg van de glazen ruit die haar scheidt van de diepte. Of nouja, diepte: haar hoogtevrees speelt al op bij traptrede acht. 
      Ik lach geamuseerd, terwijl manlief haar probeert een trede naar boven te duwen. Iets waarop Luz reageert door zich nog steviger vast te klampen aan het middenstuk. 
      Tussen het gillen door weet ze wel duidelijk te maken dat ze wel graag echt naar boven wil, maar dat ze gewoon niet de diepte wil zien. 
      Ik haal de trui, die ik om mijn nek geknoopt had (het kan door de hoge ligging soms wat fris worden in Manizales) en knoop hem als blinddoek voor de ogen van Luz. 
        En zo lopen we treetje voor treetje de trap op. De bediening in het panorama-restaurant boven ontvangt het tafereel met een brede glimlach: een bange geblinddoekte en inmiddels heftig zwetende vrouw, haar man die haar aan haar arm begeleidt, en een gringo die de trui op zijn plaats houdt. En het zoontje die geamuseerd lachend achteraan loopt.
      De trui gaat af en direct weer die luide gil van Luz.  
      Recht voor haar op de grond is een ruit waardoor je zo'n 50 meter naar beneden kan kijken. Dat was ons even ontgaan. 
    Maar ze heeft het gered. Ze is boven.  Zij wel.